Zuster Margaretha stelt zich voor

Alterego Margreet de Broekert

Steeds vaker vragen mensen hoe het zo gekomen is dat ik ben ‘ingetreden’ tot de Orde van TNDB ofwel ‘Terug naar de bossen’. (TNDB is een inmiddels landelijk bekende actiegroep, grotendeels bestaande uit mensen met een lichamelijke beperking.) Tijd dus om mijzelf wat nader voor te stellen.

Foto Monique Velzeboer

Chronisch Zieken en Gehandicapten Raad 

Na een carrière van zeventien jaar bij de Publieke Omroep kwam ik in 2010 tijdelijk als webredacteur terecht bij de Chronisch Zieken en Gehandicapten Raad (inmiddels gefuseerd en verder gegaan onder de naam Ieder(in)). Met heel veel plezier heb ik meegewerkt aan het opzetten van het digitale platform ‘Meedoen aan werk’, waarbij allerlei hoopgevende projecten, groot en klein, in kaart werden gebracht die mensen met een beperking aan het werk helpen.

Het was dus een project, en toen het benodigde geld op was, stierf dit gehele platform een langzame dood. Een onbegrijpelijke verspilling! 

De geboorte van Terug naar de bossen

Vervolgens kwam ik als medewerker PR en Voorlichting terecht bij Programma Versterking Cliëntenpositie (VCP), een project onder de vlag van de CG Raad. Daar leerde ik Jan Troost (voormalig voorzitter van de CG Raad) kennen. We hadden direct een klik.

Kort na mijn aantreden binnen VCP kreeg het personeel te horen dat ‘de stekker eruit ging’. Bezuinigingen. Bijna iedereen zou worden ontslagen.
Jan maakte een onuitwisbare indruk op mij toen hij, strijdbaar als altijd, op een bijeenkomst met de directeur kenbaar maakte dat hij niet bij de pakken neer ging zitten. Hij was dan wel de 50 jaar gepasseerd, en is Osteogenesis Imperfecta-patiënt, maar hij zou zich nooit meer laten wegzetten in een instelling. Vanaf de jaren ’70 was hij één van de belangrijkste voorvechters geweest van de emancipatie van onder meer een groep jongeren, die hun jeugd in de bossen van de St. Maartenskliniek in Nijmegen hebben doorgebracht. Opgevoed en onderwezen door de nonnen. 

Jan sprak op die bijeenkomst al over het oprichten van een actieclub. ‘Terug naar de bossen’ leek hem wel een toepasselijke naam voor die club.

De bossen van Mook

Ook ik raakte dus wederom mijn baan kwijt en verloor Jan kort uit het oog.
Totdat ik in augustus 2011 op het huis van mijn zusje in Nijmegen paste. Ik zou eters krijgen, en was nog één belangrijke boodschap vergeten. Ik besloot naar een winkel om de hoek te gaan waar ik nog nooit was geweest. En wie kwam ik daar bij de kassa tegen?! Meneer Troost, samen met een man die mij ook bekend voorkwam. 

We raakten aan de praat. Jan stond aan de vooravond van een survivalweekend in de bossen van Mook, georganiseerd door TNDB (inmiddels dus opgericht!). 
Ze konden nog wel wat hulp gebruiken, of ik niet ook wilde komen. Ik aarzelde geen moment. En ineens wist ik weer waar ik die andere heer van kende! Geïnspireerd door mijn recente ‘carrière’ als accordeonspeler had mijn schoonzusje haar verjaardagsfeest in 2010 laten opvrolijken door de Nijmeegse accordeonist Franswa Poerkwapa ofwel Ruud van den Broek. En die stond nu met Jan bij de kassa van die buurtwinkel, waar ook zij nog nooit geweest waren.
(Samen met Tom van Keulen en Tom Stobbelaar vormt Ruud de fantastische cabaretgroep ‘De Gemeentereiniging’. Zij begeleiden veel acties van TNDB met muziek en zelf geschreven liederen. Zoals Het Dankbaarheidslied.

Ruud wist van mijn accordeon en stelde voor dat ik die mee zou nemen naar Mook. 
Zo gezegd, zo gedaan, en de volgende dag toog ik naar de bossen van Mook.

Daar leerde ik onder andere Gerda Polman, Theo Hendrikse, Jeroen Zwart en Harry Schreurs kennen. Theo is in Bussum opgegroeid en speelt ook accordeon. We speelden wat samen, dat is te horen op de film die gemaakt is van dit survivalweekend. (We treden nu wel vaker samen op.)
Zie Survival of the fittest deel 1 en deel 2, de moeite van het kijken waard!

Met grote ogen nam ik een en ander in mij op. Hoe kregen ze het voor elkaar om met hun al zo getergde lichamen in een scoutingtent te overnachten, op de grond, in ziekenhuisbedden, zuurstofapparaten ernaast. Wat een bikkels. 
Ze hadden alle Tweede Kamerleden uitgenodigd. Zoals te verwachten kwamen alleen de SP, GroenLinks en de PVDA opdagen. Emile Roemer maakte veel goed, hij was urenlang aanwezig.

Tsja, en toen hadden ze mij gevonden, en ik hen. En van lieverlee werd ik steeds regelmatiger gevraagd om mee te doen met acties. Nu ben ik van huis uit altijd al een actievoerder geweest, en mij ingezet voor grote en kleine mensen in de verdrukking, dus bood ik mijn diensten graag aan bij deze bijzondere club. Foto’s en filmpjes maken, teksten schrijven, sociale media bestoken met ‘de boodschap’, en, als één van de niet-gehandicapten, allerlei hand- en spandiensten verrichten. 

Waarom de non

Jan ziet zichzelf, terecht, als de Robin Hood voor de gehandicapten. En zoals jullie misschien weten, werd Robin Hood in zijn strijd bijgestaan door Broeder Tuck. Een van kernleden van TNDB is Jeroen Zwart. Jeroen is een hele vriendelijke, grote, forse man met een baard, die in de loop van de jaren geheel blind is geworden. Jeroen is onze Broeder Tuck.

In het voorjaar van 2013 had ik met vriendinnen meegedaan aan de door het Bussums Filmhuis georganiseerde Meezing Sound of Music. We hadden ons daarvoor uitgedost als non, dirndls en Maria.

Vlak daarna vroeg TNDB mij of ik mee wilde gaan naar de Tweede Kamer zitting i.v.m. de mogelijke afschaffing inzake ‘drempelvrije’ overheidsites. En toen kwam ik op het idee om Broeder Tuck als zuster Margaretha te vergezellen. Jan en Jeroen vonden dat een geweldige vondst. Ik leende het nogal provisorisch in elkaar geknutselde nonnenkostuum dat mijn vriendin voor de Meezing Sound of Music had gemaakt.
Ik verkleedde mij nadat ik door de beveiligingspoortjes van het Tweede Kamergebouw was gekomen als non, en nam samen met mijn medestrijders plaats op de publieke tribune. De bode zat mij vuil aan te kijken. En sommeerde mij te vertrekken. Ik was actie aan het voeren, en een beveiligingsrisico. Onder veel protest droop ik af om vervolgens alsnog in nonnenkledij de poortjes door te willen gaan. Maar ook daar werd ik tegengehouden. Ik koos eieren voor mijn geld. Broeder Tuck dreigde er ook uitgezet te worden. Maar omdat hij al veel vaker op de publieke tribune te zien was geweest, en bovendien dreigde dan in zijn onderbroek de zitting verder uit te zitten (hij had geen andere kleren bij zich), mocht hij blijven.

Verwijderd dus van de publieke tribune in de Tweede Kamer

Thuisgekomen bestudeerde ik het Huishoudelijk Reglement en kwam tot de conclusie dat ik geheel ten onrechte was verwijderd. 
Ik besloot wel een beter nonnengewaad aan te schaffen. 29 oktober jl. was zuster Margaretha wederom bij een Tweede Kamer-debat. Het was even spannend bij de poortjes (tot vijfmaal toe ging er van alles af, mijn rozenkrans, horloge, laarzen, beugel BH), maar ik mocht door.

Afgelopen april waren wij in de Eerste Kamer, waar we zelfs in de zaal mochten zitten. En wel omdat de publieke tribune van deze Kamer niet rolstoeltoegankelijk is… 
Daar hoefde de zuster alleen haar paspoort te laten zien, ze was wel van te voren aangekondigd, en werd vervolgens met alle egards behandeld.

Betrapt

Grappig om te merken dat de traditionele non in habijt, in ieder geval in het Nederland van boven de rivieren, geheel uit het straatbeeld is verdwenen. Vooral als de zuster (tot enige ontsteltenis van mijn kinderen) met het openbaar vervoer reist, levert dit vaak verbaasde maar ook nieuwsgierige blikken en glimlachjes op. En soms leidt dit tot hele leuke gesprekken. 
En onlangs tot een hilarische gebeurtenis: de zuster was de Volkskrant-recensie van de film ‘Youth’ aan het lezen. Dit artikel was voorzien van een afbeelding van de filmposter waarop een naakte vrouw is te zien. Een treinpassagier maakte vervolgens een foto van dit tafereel, en verspreidde de foto via Facebook. Via een vriend van deze man (die journalist blijkt te zijn) kwam dit vervolgens bij een van zijn vriendinnen, te weten mijn dochter! terecht. Die belde mij daar enigszins onthutst over op: ‘Mam, je bent gespot in de trein!’ Zo komen de praatjes de wereld in! 

Habijt

Af en toe wordt mij gevraagd waarom ik ‘zo nodig in habijt moet rondlopen’. Er zijn zelfs mensen in mijn naaste omgeving die zich daarvoor schamen. Daarom toch nog wat nadere uitleg. Want er zit beslist meer achter dan een ‘ordinaire verkleedpartij’. 
Als zuster pas ik uitstekend bij Broeder Tuck. Wij lopen vaak arm in arm, alleen al omdat Broeder Tuck blind is. Dat een zuster en een broeder tegenwoordig een zeldzaamheid zijn in Nederland, moge duidelijk zijn. Dus vallen wij op. Dat is de bedoeling en zou niet zo zijn als we in spijkerbroek zouden lopen.
Mensen benaderen mij in habijt bovendien doorgaans met meer respect, en als niet-gehandicapte kan ik daarmee meer bereiken dan wanneer ik in gewone ‘burgerkleding’ zou lopen. Nog een bijkomend voordeel is, dat we er ook mee ‘spelen’, in die zin dat het onderling en ook met derden regelmatig leidt tot heerlijke humor, gerelateerd aan mijn ‘non-zijn’. 

Foto Monique Velzeboer

In het openbaar vervoer word ik regelmatig aangesproken. Of ik écht’ ben en van welke orde dan. Dat leidt soms tot verrassend leuke gesprekken. 
En tot slot ben ik, net als Broeder Tuck, ergens best verlegen. En juist in mijn rol als zuster durf ik dingen te doen die ik anders wel uit mijn hoofd zou laten. Zoals een zeer welgemeende en serieuze Kerstoverdenking houden, voor de mega kerstboom in het Tweede Kamergebouw, met de camera van Jan Troost op mijn snufferd. En a l’improviste PvdA Kamerlid Otwin van Dijk interviewen.

Ik zie het zelf niet als blasfemie. 
Ik ben niet belijdend gelovig, maar wel praktisch ‘gelovig’. Ik hoop dat ik met mijn kwaliteiten een piepklein beetje kan bijdragen aan een betere samenleving. Dat kost me soms enorm veel energie en frustratie. Ik zie het maar als een soort missie.

Het heeft zo moeten zijn 
Halverwege het jaar 2011 nam mijn leven een ingrijpende wending. Na veertig jaar gescheiden, verhuizen en een nieuw leven opbouwen. Een scheiding betekent helaas afscheid nemen van dierbaren, maar ook de intrede van nieuwe vrienden. En er zijn weinig mensen in mijn vriendenkring die zo trouw en betrokken zijn als de ‘harde kern’ van TNDB. Ze betekenen beslist een enorme verrijking van mijn leven. Met hun humor, energie en doorzettingsvermogen zijn ze bovendien een groot voorbeeld voor veel ‘mopperkonten’ zonder handicap. 

De ontmoeting in die Nijmegese buurtsuper in de zomer van 2011, het heeft zo moeten zijn…

St. Maartenskliniek Nijmegen