Sleutel ligt bij het CDA

Genoeg mooie woorden, nu de daden!

foto Monique Velzeboer
Retraite
Broeder Tuck en Zuster Margaretha zijn in retraite gegaan.
Na twee dagenlang de Kamerdebatten
te hebben gevolgdover Uitvoering van het op 13 december 2006 te New York tot stand gekomen ‘VN Verdrag inzake de Rechten van Personen met een handicap’ (Trb. 2007, 169) voelden zij een intense behoefte zich tijdelijk terug te trekken in de stilte van het klooster.
Onze vrienden van ‘Terug naar de bossen’ werden in hun jeugd, helaas ver weg van hun naasten, liefdevol door onze Zusters verzorgd. Vanaf de jaren zeventig hebben onze jongeren zich actief ingezet om vanuit die apartheid te participerenin onze samenleving. Met steun van ons, de Zusters. De jongeren van toen hebben inmiddels hun opvolgers gevonden in jongeren van nu, bij monde van de nieuwe organisatie ‘Wij Staan Op’.
Broeder Tuck en zuster Margaretha zijn daar heel erg blij mee!
Verbazing
Waar de jongeren van toen al tegenaan liepen, was de ontoegankelijkheid van de samenleving. Nog steeds is dit niet opgelost.
Mijn zusterhart begon harder te kloppen toen ik hoorde dat het Kamerlid Otwin van Dijk van de PvdA (en dus niet mijn eigen partij!) met een amendement kwam om de toegankelijkheid, zoals geformuleerd in het VN Verdrag, verder te verbeteren. Het debat volgende begreep ik niets van de weerstand van mijn CDA tegen dit ‘Amendement
nr. 17’
Ook Broeder Tuck en de zuster begrijpen dat de wereld niet in één dag te verbeteren is. God heeft de wereld tenslotte ook niet in één dag geschapen. Maar zovele gehandicapten en hun organisaties zetten zich al sinds de jaren zeventig in om de toegankelijkheid te verbeteren.
Ik begrijp dat het CDA, als partij die zich hard maakt voor het midden- en kleinbedrijf, zorgen heeft over de gevolgen van Van Dijk’s voorstel. Ondernemers pleiten uiteraard voor geleidelijke implementatie en zetten hun sterke lobby daar op in.
ADA-voorbeeld volgen
Maar waarom niet het voorbeeld gevolgd van de ADA, de ‘Americans with Disabilities Act’?! Toen deze wet in 1990 in America werd aangenomen, was daarmee juridisch vastgelegd dat in het openbaar vervoer en bij elke nieuw te bouwen of te renoveren gebouw rekening gehouden moet worden met de toegankelijkheidseisen. In het Handboek Toegankelijkheid staat exact omschreven waar bij nieuwbouw rekening mee gehouden moet worden.
En voor kleine Amerikaanse bedrijven is, ingeval van extra te maken kosten, belastingaftrek mogelijk.

Ook in Nederland zijn al sinds 1972 (!) criteria voor toegankelijkheid geformuleerd. (Klik hier voor meer informatie.
)
Maar nog steeds verrijzen in Nederland verre van toegankelijke gebouwen. Zelfs gebouwen die wél toegankelijk waren, worden ontoegankelijk gemaakt door bijvoorbeeld stenen hellingbanen weg te halen. Het kan toch niet zo zijn dat, net als bij de Slag van Arnhem, gebouw voor gebouw bevochten moet worden?! Onnavolgbaar dat de provincie Gelderland onlangs een vergunning afgegeven aan de totaal ontoegankelijke Flixbus. Nieuw te bouwen websites van de overheid zouden al per 1 januari 2015 toegankelijk moeten zijn. Niets is minder waar, vertelde mijn lieve (blinde) broeder Tuck mij vorige week nog.
‘Design for all’. Dat klinkt mooi, maar is vooral noodzaak voor mensen met een beperking om te kunnen participeren!
Tijdens mijn bezoek aan Amerika heb ik ervaren hoe het anders kan. ‘Geloof in de mensen’ is een mooi gedachtegoed, maar moet worden omgezet in daden. En daadkracht in deze heeft in Nederland vooral veel weg van loze woorden, verpakt in een slappe vaatdoek.
Tweede  Kamerleden zijn behept met achterhaald denken over beperkingen vanuit het medisch model. ‘Het VN Verdrag inzake de Rechten van Personen met een handicap’ echter gaat niet uit van het medisch model, maar van het International Classification of Functioning, Disability and Health (ICF).
Belangrijk uitgangspunt daarbij is dat het niet belangrijk is welke ziekte iemand heeft, maar welke beperking die ziekte met zich meebrengt.
Met andere woorden: wat zijn de moeilijkheden die iemand ondervindt bij het uitvoeren van activiteiten. Denk daarbij bijvoorbeeld aan energetische, visuele, auditieve, verstandelijke, psychische handicaps en/of handicaps aan het bewegingsapparaat. De reden waaromiemand blind, doof of rolstoelgebruiker is of anderszins een beperking heeft opgelopen, is voor toegankelijkheid en beleid daarop niet van belang.
foto Margreet de Broekert
In de rust van het klooster realiseerden Broeder Tuck en de zuster zich met een zekere schok dat wij in Nederland gehandicapten nog steeds vooral zien als kostenpost.
Wat daarbij vergeten wordt, is dat zij als burger gewoon (voor zover dat mogelijk is/wordt gemaakt) deelnemen aan de samenleving. En daarmee een economische factor van belang zijn voor bijvoorbeeld het midden- en klein bedrijf. Ook zij kopen kleren, drinken koffie, gaan uit en logeren in een hotel. Daarbij is iemand met een handicap onderdeel van netwerken om haar/hem heen: als werknemer, vader, moeder, broer, zus, vrijwilliger, toerist.
Aandachtspuntje voor de VVD, in de persoon van Tamara van Ark en Fleur Agema van de PVV, die dit niet helemaal (of andersom) op een rijtje lijken te hebben.
Bij GroenLinks, de SP, ChristenUnie, SGP, D66 lijkt dit kwartje wel gevallen te zijn.

Tot vreugde van zuster Margaretha refereerde CDA Kamerlid Mona Keijzer,
tijdens het debat in haar betoog rond het VN Verdrag op 9 december, nog wel even aan de indrukwekkende toespraak van Jan Troost, oud-voorzitter van de Chronisch Zieken en Gehandicaptenraad:
‘Jan Troost verwoordde dit heel mooi tijdens het CDA-congres, waar hij de Frans Woltersprijs kreeg. Dat is een prijs die het CDA uitreikt aan mensen die zich bijzonder hebben ingezet in het sociaal domein. Hij sprak over zijn dochter Jeske en over de dochter van Jan Peter Balkenende, Amelie, en over hoe er één groot verschil was, namelijk dat Jeske een handicap heeft, en hoe dat een strijd is, ook 40 jaar na de tocht uit de bossen. Hij zei er wel bij dat het een gezamenlijke strijd is, zowel voor Jeske als voor Amelie. Uiteindelijk moeten we het namelijk samen doen. “Want,” zo sprak Jan het CDA-congres toe, “neem van mij aan dat mensen met een handicap altijd geboren zullen blijven worden. En de strijd die wij voeren, is ook voor jullie, want uiteindelijk krijgen we allemaal een handicap”. Ik zat toen in de zaal en realiseerde mij in alle bescheidenheid weer dat zonder handicap geboren worden geen vanzelfsprekendheid is, en dat in een fractie van een seconde het verschil gemaakt kan worden tussen gezond zijn of voor de rest van je leven met een beperking door het leven moeten gaan. In die geest heb ik het debat van vandaag voorbereid en wil ik graag het gesprek erover voortzetten’.
Juist met deze woorden in gedachte hebben Broeder Tuck en de zuster een kaarsje opgestoken. Met de intentie dat ook het CDA tot inkeer, c.q. inzicht zal komen en helder gaat maken maakt dat, bijvoorbeeld alle nieuwe en te renoveren gebouwen, toegankelijk zullen worden voor iedereen.
Toegankelijkheid voor alle mensen in Nederland zou de standaardnorm moeten zijn.
Dat individuen met een handicap een persoonlijk gevecht zouden moeten leveren voor die toegankelijkheid is net zoiets als ‘omgekeerde bewijslast’. En dat druist in tegen elk gevoel van rechtvaardigheid. Van zuster Margaretha in het bijzonder, maar hopelijk uiteindelijk van de samenleving als geheel.
De zuster sluit deze zonnige zondag 13 december 2015 graag af met hoop.
Hoop en vooral ook vertrouwen in haar partij.
Dat het CDA maar pal zal staan voor één van haar vier kernwaarden, te weten: Solidariteit. In het CDA-verkiezingsprogramma wordt dit omschreven als ‘Het principe dat men dient te zorgen voor kwetsbaren in de samenleving’. Het (Bijbelse) begrip naastenliefde ligt hieraan ten grondslag, dat zal duidelijk zijn.
Met name de visie van het CDA dat iedereen gelijke kansen gegeven moet worden totdat het tegendeel bewezen is, dient met hart en ziel beleden te worden. De zuster doet samen met broeder Tuck uit volle overtuiging haar uiterste best om daarin het goede voorbeeld te geven.
Zuster Margaretha

PS 1
Broeder Tuck kampt op dit moment met grote gezondheidsproblemen. Desondanks werkte hij mee aan het filmpje ‘Broeder Tuck luidt de noodklok‘. Zo belangrijk is dit VN Verdrag ook voor hem…
PS 2
Een mooi voorbeeld van denken in mogelijkheden in plaats van onmogelijkheden/beperkingen:
Broeder Tuck is in de loop der jaren geheel blind geworden. Ter gelegenheid van de 60-ste verjaardag van zuster Margaretha maakte hij voor haar een schilderij, getiteld ‘Nonnetje, mijn zonnetje’. Het enige waar hij hulp bij nodig had, was bij het uitzoeken van de juiste kleuren.